Kunnen basisscholen passend onderwijs aan?
‘Passend onderwijs’ moet ervoor zorgen dat kwetsbare leerlingen in het basisonderwijs een plek krijgen die zo goed mogelijk bij ze past. Daarnaast moeten basisscholen hogere leeropbrengsten halen. Dit zijn twee van de verwachtingen die het Rijk heeft van het basisonderwijs, verwachtingen die moeten worden verwezenlijkt met krapper wordende financiën en met minder onderwijspersoneel. Het evenwicht tussen wat scholen aankunnen en wat er van ze gevraagd wordt, is momenteel wankel. Wij hebben dit onderzoek uitgevoerd op verzoek van de staatssecretaris van OCW, die zijn verzoek baseerde op een motie van de Eerste Kamer. De Eerste Kamer wilde een onderzoek naar de vraag of de structurele bekostiging van het basisonderwijs afdoende is om passend onderwijs op een verantwoorde manier in te voeren (motie-Linthorst c.s., 2 oktober 2012). Wij onderzochten ten eerste in hoeverre het basisscholen lukt een evenwicht te realiseren tussen inkomsten enerzijds en taken, mensen en tijd anderzijds. Ons onderzoek ging, ten tweede, over de weg die schoolbesturen en basisscholen afleggen om passend onderwijs vanaf 1 augustus 2014 mogelijk te maken.
Conclusies
De financiële positie van het basisonderwijs in Nederland is de afgelopen jaren kwetsbaarder geworden en die verbetert de komende jaren naar verwachting niet. De financiële en personele voorwaarden voor de invoering van passend onderwijs zijn daardoor niet ideaal. Om te borgen dat het basisonderwijs de invoering van passend onderwijs kan behappen, is grote alertheid van de minister van OCW en van alle betrokkenen in het onderwijsveld meer dan welkom. De wankele verhouding tussen mensen, middelen, taken en tijd in het basisonderwijs vormt een risico voor een succesvolle inpassing van passend onderwijs. Dit zou bovendien de kansen die passend onderwijs biedt op betere ondersteuning van leerlingen in de weg kunnen staan.
Aanbevelingen
De minister van OCW doet er verstandig aan de invoering van passend onderwijs te beschouwen in samenhang met het brede takenpakket van het onderwijs en de wijze van bekostiging, het parlement tijdig op de hoogte te houden van de voortgang van de invoering van passend onderwijs en zicht te houden op bijzondere kwetsbaarheden.
De schoolbesturen in het basisonderwijs doen er goed aan vroegtijdig te anticiperen op de nieuwe budgettaire en onderwijsinhoudelijke verantwoordelijkheid die passend onderwijs met zich meebrengt. De beperkte flexibiliteit in de financiële bedrijfsvoering van de scholen vraagt om een sterke oriëntatie van de schoolbesturen op de middellange termijn.
Reacties
De staatssecretaris van OCW ziet de kwetsbaarder geworden financiële positie van het basisonderwijs als het belangrijkste signaal uit dit onderzoek. Volgens hem slagen de meeste schoolbesturen er toch in een goede balans te vinden tussen beschikbare middelen en goed onderwijs. In een reactie op dit onderzoek noemt de PO-raad in deze omstandigheden passend onderwijs invoeren een risicovolle onderneming. De Algemene Rekenkamer acht na enkele jaren een integrale evaluatie van de lumpsum en de uitvoering van passend onderwijs gewenst.