Arbeidsmarktparticipatie statushouders
Ondanks grote personeelstekorten blijft de arbeidsmarktparticipatie van statushouders ver achter bij de rest van de beroepsbevolking in Nederland. Bovendien werken de meeste statushouders in deeltijd en met een tijdelijk contract. De bijstandsafhankelijkheid van statushouders is groot. Ook armoede komt relatief veel bij hen voor.
Statushouders zijn asielzoekers die op humanitaire gronden een tijdelijke verblijfsvergunning kregen voor maximaal vijf jaar. Zij zijn inburgeringsplichtig: zij moeten binnen drie jaar een inburgeringsexamen behalen – op straffe van boete. Dit examen (of, onder bepaalde voorwaarden, een vrijstelling daarvan) is noodzakelijk om naturalisatie aan te vragen.
De voorgaande inburgeringswet (de Wi2013) belemmerde arbeidsmarktintegratie van asielmigranten: een link tussen inburgering en participatie ontbrak. De nieuwe inburgeringswet (de Wi2021) heeft als maatschappelijk doel bij te dragen aan ‘snel en volwaardig meedoen in de Nederlandse maatschappij, liefst via betaald werk’. Dit hoopt de wet te bereiken door ‘dualiteit’ centraal te stellen: de combinatie van participeren en Nederlandse taalles. Inburgering is met deze wet opnieuw gedecentraliseerd: met name gemeenten hebben de regie. Wel blijft de minister verantwoordelijk voor het beleid en gedeeltelijk voor de uitvoering.
Wat onderzoeken we?
Wij onderzoeken of het aannemelijk is dat de uitvoering van de Wi2021 bijdraagt aan het snel vinden en behouden van (passend) betaald werk door statushouders. We bekijken vooral wat de uitvoering van deze wet in de praktijk betekent voor onder andere statushouders, gemeenteambtenaren en werkgevers.
Waarom onderzoeken we dit?
Langdurige werkloosheid van statushouders is ongunstig voor hun arbeidsmarktpositie, mentale en lichamelijke gezondheid, sociale netwerk en de beheersing van het Nederlands. Daarnaast is deze werkloosheid ongunstig voor de Nederlandse uitkeringslasten en arbeidsmarkt.
De vorige inburgeringswet kreeg forse kritieken van onder andere de Wetenschappelijke Raad voor Regeringsbeleid (2015), de Algemene Rekenkamer (2017) en de Nationale Ombudsman (2018). Met dit onderzoek bekijken we of het aannemelijk is dat de uitvoering van de nieuwe wet slaagt in het behalen van haar maatschappelijke doel.
Bijdragen aan dit onderzoek?
De Algemene Rekenkamer nodigt u van harte uit om informatie te delen die wij kunnen gebruiken bij ons onderzoek. We stellen uw bijdrage, mededelingen of ervaringen over dit onderwerp dan ook op prijs. Informatie kunt u delen door een mail te sturen naar bijdrage@rekenkamer.nl.
We nemen alle bijdragen in overweging en zullen deze met zorg behandelen. Houd er wel rekening mee dat u niet automatisch feedback ontvangt over uw bijdrag.