Problemen bij Belastingdienst nog groot, oplossingen traag, ondanks verbeteringen

Vanwege beperkingen door de coronacrisis en personeelstekorten kon in 2021 een deel van het fysieke toezicht bij ondernemingen, boekenonderzoeken en bedrijfsbezoeken niet uitgevoerd worden. De Belastingdienst kan niet aangeven of de optimale inspanningen zijn verricht om belastingen te innen en misbruik tegen te gaan. 

Het effect op de controles van aangiften van particulieren was beperkter dan bij ondernemingen, omdat belastingambtenaren hun werk wel vanuit huis konden voortzetten. In het verantwoordingsonderzoek over 2021 schrijft de Algemene Rekenkamer ook dat het niet meer kunnen benutten van het fraudesignaleringssysteem (stilgezet omdat dit discriminatie in de hand werkte) en bestaande personeelstekorten tot minder toezichtactiviteiten hebben geleid. Het vinden van de juiste mix van instrumenten blijkt  lastig. De Rekenkamer concludeert dat het beleid om misbruik tegen te gaan bij onder meer de omzetbelasting, vennootschapsbelasting en loonheffing, en ook bij de erf- en schenkbelasting niet voldoet aan de daaraan te stellen normen. Voor het beleid dat misbruik en oneigenlijk gebruik moet tegengaan is niet in alle gevallen sprake van een beheerste bedrijfsvoering.
Het is niet te bepalen welk effect de beperkingen in de handhaving hebben voor de belastinginning. De belastinginkomsten liggen in 2021 met € 165 miljard overigens duidelijk hoger dan in de 2 jaren daarvoor. 
 

Geen wettelijke basis voor hersteloperatie toeslagen

De uitvoeringsdienst Toeslagen heeft veel mensen ingezet om gedupeerden van de kinderopvangtoeslagaffaire te compenseren. De (deels nog uit te voeren) compensaties en uitvoeringskosten lopen inmiddels op tot een bedrag van ruim € 5 miljard. Bij de aanpak van de compensaties ging in 2021 snelheid boven zorgvuldigheid. Het gevolg hiervan is dat de minister niet volgens de regels heeft gehandeld. Er is niet tijdig een wet ingediend en daarna vastgesteld door Tweede Kamer en Eerste Kamer om herstelbetalingen aan ouders en kwijtscheldingen mogelijk te maken. De minister van Financiën vindt dit handelen niet onrechtmatig, omdat voorzien is dat de wet in de loop van dit jaar alsnog aan het parlement wordt voorgelegd. De Algemene Rekenkamer oordeelt dat de verplichting onrechtmatig is. Op het moment van aangaan van verplichtingen met een omvang van € 926,6 miljoen had er een wettelijke grondslag moeten zijn. 
Dit oordeel heeft geen gevolgen voor de compensatie van betrokken ouders. Veel gedupeerden hebben in de afhandeling van de hersteloperatie slechts trage voortgang gezien.
Vorig jaar heeft de Algemene Rekenkamer de aankondiging voordat de Tweede Kamer op de hoogte was gesteld van de eenmalige tegemoetkoming van € 30.000 voor gedupeerde ouders al onrechtmatig verklaard. 

Risico’s IT beter in beeld; bedrijfsvoering FIOD op orde

De Belastingdienst heeft afgelopen jaar verbeteringen doorgevoerd bij het beheer van de IT-systemen. Zo is beter in beeld welke IT-systemen verouderd zijn of raken, en welke risico’s het Ministerie van Financiën daarmee loopt. Ook kan het management door verbeterde informatie beter afwegingen maken tussen doelen, de inzet van mensen, middelen en geld. Er is  nog steeds sprake van een groot aantal IT-systemen dat bij de Belastingdienst vervangen moet worden.
Onderzoek naar de Fiscale Inlichtingen- en Opsporingsdienst wijst uit dat de FIOD de bedrijfsvoering goed op orde heeft. Hierdoor kon de FIOD de opsporingstaken afgelopen jaar voldoende uitvoeren, inclusief het opvolgen van signalen van fraude met beschermingsmiddelen en coronacrisimaatregelen.