Rapport bij het Jaarverslag 2011 van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu
De Algemene Rekenkamer heeft onderzoek gedaan naar het Jaarverslag 2011 en de bedrijfsvoering van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu.
Rapport bij het Jaarverslag
De samenvoeging van de Ministeries van Verkeer en Waterstaat en delen van VROM tot het Ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM) is in 2011 voor een belangrijk deel uitgevoerd. Het fusieministerie is erin geslaagd tijdig het jaarverslag over 2011 af te ronden. De Algemene Rekenkamer stelt vast dat op onderdelen van beleid er te weinig zicht is op risico’s die de overheid loopt. De informatie van de minister in haar jaarverslag over het gevoerde beleid verdient op onderdelen verbetering.
Relevante informatie verkorte reistijden niet in jaarverslag opgenomen
De minister van IenM heeft relevante informatie over het gevoerde kabinetsbeleid voor de thema’s duurzaamheid en bereikbaarheid niet altijd in haar jaarverslag 2011 opgenomen. Zo geeft de minister aan dat de files op snelwegen met 18 % dalen door de ingebruikname van extra rijstroken. Daarentegen ontbreekt een verwijzing naar onderzoek van Rijkswaterstaat van november 2011 waaruit blijkt dat de reistijdwinst 1 % is door verhoging van de maximumsnelheid tot 130 km per uur, terwijl de minister begin 2011 nog verwachtte dat de reistijdwinst 8 % zou zijn. Nader onderzoek van de Algemene Rekenkamer naar begrotingsartikelen over luchtvaart en duurzaam produceren wijst uit dat de verslaglegging vollediger kan, zodat de Tweede Kamer beter geïnformeerd wordt.
Hiaten in risicoanalyses en toezicht
Bij IenM ontbreekt het op onderdelen aan voldoende analyses en toezicht. Zo is er geen actuele risicoafweging voor het verkeersmanagementsysteem van matrixborden boven de rijstroken van snelwegen. Hierdoor weet de minister niet of risico’s op onnodige filevorming en gevaarlijke verkeerssituaties goed wordt beheerst. Het toezicht op Luchtverkeersleiding Nederland schiet tekort nu deze organisatie eenzijdig afwijkt van de registratie van het aantal voorvallen met risico voor de veiligheid. Het toezicht bij de Nederlandse Spoorwegen schiet tekort nu de NS naar eigen inzicht afspraken aanpast over de kans voor reizigers op een zitplaats in de trein. De Algemene Rekenkamer vindt dat de minister daarmee te weinig grip heeft op de afspraken met die organisaties.
Vertragingen projecten Waddenfonds blijven onvermeld
De provincies Friesland, Groningen en Noord-Holland hebben sinds januari 2012 de verantwoording voor bestedingen van het Waddenfonds overgenomen van de rijksoverheid. Dit fonds dateert van 2006, bevat nog ruim een half miljard euro en is bedoeld om het beheer van het Waddengebied te verbeteren en hierin extra te investeren. Tegelijk met de decentralisatie naar de provincies boekt het kabinet een bezuiniging in van € 75 miljoen. In 2011 heeft decentralisatie centraal gestaan en zijn door het fonds nauwelijks nieuwe verplichtingen aangegaan, de jaren daarvoor wel. De Algemene Rekenkamer is kritisch over het laatste jaarverslag dat de minister van IenM over het Waddenfonds uitbrengt. De minister meldt niet dat de aangekondigde programmatische aanpak (voorkomen van versplintering van uitgaven) in 2011 niet is uitgevoerd en dat van de 43 lopende projecten de helft vertraging heeft opgelopen. Met geld uit dit fonds moeten nog projecten voltooid worden als de Noordelijke Elfstedenvaarroute, biogasleiding Noordoost-Friesland en kwelderherstel Groningen. Het Jaarverslag Waddenfonds 2011 noch het bestuursakkoord met de provincies vermeldt of in de toekomst ‘additionaliteit’ voorwaarde voor subsidieverlening blijft (zonder fondsbijdrage komt een project niet tot stand). De Algemene Rekenkamer wijst op het risico van (de schijn van) belangenverstrengeling nu beherende provincies ook ontvanger van subsidies uit dit fonds kunnen worden.
Over het ministerie
Het Ministerie van IenM heeft in 2011 € 11,2 miljard uitgegeven. Het personeelsbestand omvat 13.112 fte. Dat moet vanaf 2013 dalen door het samenvoegen van ministeries. Voor eenmalige fusiekosten is geen budget gereserveerd. De financiële informatie in het jaarverslag is deugdelijk weergegeven en de jaarrekening en saldibalans zijn rechtmatig tot stand gekomen.