Lessen van de JSF

Grip krijgen op grote projecten voor aanschaf defensiematerieel

Uit de gang van zaken bij de ontwikkeling en aanschaf van het gevechtsvliegtuig Joint Strike Fighter F-35 (JSF) is lering te trekken. De Algemene Rekenkamer, die dit proces meer dan 20 jaar volgde, zet aan de vooravond van een nieuwe reeks militaire aankopen door de minister van Defensie 11 lessen op een rij.

Met Lessen van de JSF beoogt de Algemene Rekenkamer de ervaringen uit onderzoek naar de aanschaf van groot defensiematerieel ten nutte te maken voor toekomstige beslissingen. In de huidige kabinetsperiode staat al veel op stapel: zo’n 30 projecten voor de aanschaf van allerlei materieel, zoals onderzeeboten, fregatten en voertuigen voor de landmacht. Hiermee is tussen de € 6 en 17 miljard gemoeid. Deze aankopen leiden tot aanzienlijke exploitatielasten die de minister van Defensie jaarlijks uit de lopende begroting moet betalen om wapensystemen en ander materieel in te kunnen zetten.

Deze kabinetsperiode starten bij Defensie veel nieuwe aanschafprojecten

Afbeelding introtekst rapport lessen van de JSF

Defensie-investeringsprogramma

Dit figuur geeft het financieel overzicht voor wapensystemen weer (prijspeil 2018). Tot en met de begroting over 2018 publiceerde de minister van Defensie dit overzicht als bijlage in de Ontwerpbegroting. In het overzicht staan de investeringsuitgaven voor de 27 grootste wapensystemen van de krijgsmacht, plus een 28e ‘restgroep’ van 5 jaar terug en 15 jaar vooruit. Wij hebben het cijfermatig overzicht weergegeven als grafiek. Elke laag stelt de uitgaven voor één wapensysteem voor. In blauw, in het midden, de uitgaven voor de JSF. Te zien is dat er na de JSF grote investeringen gepland staan in onder andere onderzeebootcapaciteit en fregatten.

Wat waren de resultaten?

Uit twintig jaar onderzoek naar de Nederlandse deelname aan de ontwikkeling van de JSF en de aanschaf  van het gevechtsvliegtuig zijn in totaal 11 lessen gedestilleerd. Een belangrijke les is dat het parlement, wil het greep houden op zulke projecten, van meet af aan en bij iedere stap alert moet zijn.

Het rapport werpt ook nieuw licht op het doorgaans ingewikkelde en omvangrijke proces van het verwerven van defensiematerieel. Ze worden vaak als uniek beschouwd. Maar uit onze onderzoeken blijkt dat steeds drie elementen van belang zijn bij de aanschaf van defensiematerieel. Allereerst de voorschriften van het ministerie van Defensie voor materieelkeuze voor aankopen vanaf € 25 miljoen, die het proces in vijf ordelijke fasen opdelen. Ten tweede de eigen dynamiek van een (internationaal) programma om defensiematerieel te ontwikkelen. Bij het JSF-programma, schrijft de Algemene Rekenkamer, kon Nederland als partner in internationaal verband ‘slechts kiezen om op de bus te stappen of hem te laten passeren’. En ten derde politiek draagvlak gedurende de lange looptijd van het project voor een investering met zo’n groot financieel beslag.

Stand van zaken

Het rapport is gepubliceerd op woensdag 6 maart 2019 om 11:30