Resultaten verantwoordingsonderzoek 2023 Mobiliteitsfonds

De Algemene Rekenkamer heeft onderzoek gedaan naar het Jaarverslag 2023 en de bedrijfsvoering van het Infrastructuurfonds.

Onze conclusies

Omdat een groot deel van de Nederlandse infrastructuur is aangelegd in de jaren 50, 60 en 70 van de vorige eeuw, kost het steeds meer geld om die te exploiteren, te onderhouden en te vernieuwen.
Samen noemen we dit ‘instandhouding’.

In hoofdstuk 2 hebben we de groeiende uitgaven aan instandhouding sinds 2013 op een rij gezet. In ons rapport bij het jaarverslag van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) beschrijven we de uitkomsten van ons onderzoek naar wat de minister van IenW weet van beperkingen op het hoofdwegennet en het spoorwegennet. We concluderen dat de minister nog te weinig weet van beperkingen als gevolg van instandhouding op het hoofdwegennet. De minister weet voldoende van beperkingen op het spoorwegennet. Verder hebben we onderzocht of de minister voldoende weet over de instandhoudingsopgave voor de komende decennia. Omdat de opgave om de infrastructuur op peil te houden de komende jaren groeit, bevelen we de minister aan om hier beter inzicht in te krijgen.

In hoofdstuk 4 beschrijven we dat de minister, naar aanleiding van onze aanbeveling, nacalculaties van afgeronde projecten toont in het MIRT overzicht (Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport). Dat vinden we een positieve ontwikkeling.

Onze oordelen over de beleidsinformatie, de bedrijfsvoeringsinformatie en de financiële informatie in het jaarverslag van het Mobiliteitsfonds zijn positief.

Samenvattend financieel oordeel bij het Jaarverslag 2023 van het Mobiliteitsfonds

Mobiliteitsfonds - Financieel oordeel

Verder in het rapport

  • Hoofdstuk 2 Feiten en cijfers
  • Hoofdstuk 3 Financiële informatie
  • Hoofdstuk 4 Bedrijfsvoering
  • Hoofdstuk 5 Beleidsresultaten
  • Hoofdstuk 6 Reactie minister en nawoord Algemene Rekenkamer