Inzicht in kosten overheid MH17
President Pieter Duisenberg van de Algemene Rekenkamer geeft een toelichting op het onderzoeksrapport over de kosten die de overheid tot en met eind 2022 gemaakt heeft in de nasleep van de ramp met het vliegtuig MH17.
De beelden zijn in ons collectieve geheugen gegrift.
Militaire vrachtvliegtuigen die landen op luchthaven Eindhoven. Waar honderden slachtoffers in kisten naar buiten worden gedragen. Onder het toeziend oog van de koning en koningin.
Dan rijdt een eindeloze stoet rouwwagens over de A2 naar Hilversum, naar de Van Oudheusdenkazerne.
Daar vindt de identificatie plaats van de slachtoffers van het boven Oekraïne neergehaalde burgervliegtuig MH17.
Alle 298 passagiers en bemanningsleden kwamen op 17 juli 2014 om het leven. Onder hen 196 Nederlanders en 9 personen van een andere nationaliteit die in ons land woonden.
Dat is bijna 10 jaar geleden gebeurd.
Vandaag publiceert de Algemene Rekenkamer onderzoek naar de kosten die de overheid heeft gemaakt vanwege de tragische gebeurtenis met MH17.
Onderzoek dat we op verzoek van de minister-president namens het kabinet hebben uitgevoerd ten behoeve van de door Nederland gevoerde juridische procedure tegen de Russische Federatie.
In dit verband benadruk ik dat het leed voor nabestaanden niet in geld is uit te drukken.
Dit onderzoek gaat over door ministeries gemaakte kosten, maar ook door gemeenten en tal van andere overheidsorganisaties zoals de nationale politie, het Openbaar Ministerie en de Onderzoeksraad voor Veiligheid.
Hierbij is nadrukkelijk vermeld dat dit alleen kosten voor de Nederlandse overheden betreft. Dus niet de kosten die nabestaanden zelf hebben gemaakt, niet de kosten voor getroffen bedrijven, niet voor buitenlandse overheden.
Van 83 overheidsorganisaties hebben wij een kostenopgave ontvangen. We hebben die volgens de internationale normen voor rekenkameronderzoek beoordeeld.
De kosten tussen 17 juli 2014 en eind 2022 die de Rekenkamer heeft kunnen vaststellen, bedragen € 166 miljoen.
Waar onzekerheden zijn over uitgaven, hebben we geen bedrag opgenomen.
In de 166 miljoen euro zitten de kosten voor de crisisbeheersing die direct na de ramp zijn gemaakt. De kosten van de repatriëring van de slachtoffers en hun identificatie.
Ook de kosten die zijn gemaakt voor de onderzoeken van de nationale politie, het Ministerie van Defensie, de Onderzoeksraad voor Veiligheid en het Openbaar Ministerie.
Hierdoor en door de berechting in Den Haag zijn de feiten op tafel gekomen.
En natuurlijk de kosten vanwege de gevolgen van de ramp: kosten die de overheid maakt voor zorg voor de nabestaanden, voor bijdragen aan de herdenkingen en diverse lopende juridische procedures.
Wij spreken nadrukkelijk van een tussenstand.
Sommige kosten lopen ook na einde 2022 nog door. Zoals voor psychotraumatische begeleiding van nabestaanden.
Of voor onderhoud van herinneringsmonumenten.
Voor een speciaal documentenarchief of vanwege voorschotten die de Staat recent aan nabestaanden heeft uitgekeerd op de schadevergoeding waartoe de 3 daders door de rechtbank zijn veroordeeld.
Inmiddels lopen er diverse andere juridische procedures over schending van mensenrechten en over aansprakelijkheid van de Russische Staat voor het neerhalen van vlucht MH17.
Ook daarvoor lopen de kosten nog door. De Algemene Rekenkamer zal daarom jaarlijks actualisaties van dit onderzoek opleveren.
Zodat u, de samenleving, de politiek en de Staat als procespartij in die procedures, over de juiste financiële gegevens beschikt.